Zoek een opdracht
Scriptiehulp binding flexmedewerkers versterken (herkansing)
Opdracht omschrijving
DEADLINE EIND MAART!Ik studeer Toegepaste Psychologie en moet mijn scriptie herkansen. Voor het onderzoeksrapport heb ik een 5 en voor het beroeps product een 4. Het beroepsproduct heb ik door tijdgebrek in 4,5 uur geschreven.Bij mijn opleiding is het een vereiste dat beide onderdelen minimaal een 5,5 zijn en het onderzoeksrapport maximaal 10.000 woorden is. Ik ben al op weg maar kan wel hulp gebruiken. Ik voer mijn scriptie uit voor een fieldmarketing organisatie ze willen weten wat ze kunnen doen om de binding met flexmedewerkers te versterken. Het beroepsproduct is een adviesrapport voor de opdrachtgever. Ik heb al veel geschreven dus ik wil weten wat je voor mij kan betekenen.De aanleiding:(de opdrachtgever) heeft de afgelopen twee jaar een afname gezien in het aantal ingeschreven flexmedewerkers. Ook is geconcludeerd dat de flexmedewerkers die staan ingeschreven minder actief en minder vaak beschikbaar zijn geworden. Uit onderzoek van (Gruman & Saks,2011) blijkt dat wanneer een werknemer zich sterk identificeert met de organisatie dit gunstig is voor de betrokkenheid van een werknemer. Een werknemer die persoonlijke binding ervaart, is sneller bereid zich actief in te zetten ten behoeve van de organisatie. Het jaar 2020 is voor (de opdrachtgever)een moeilijk jaar geweest. (de opdrachtgever) is vorig jaar een aantal belangrijke partners kwijtgeraakt. Door het verlies van deze partners en Covid-19 was er minder werk beschikbaar voor flexmedewerkers. De afdeling Human Resources van (de opdrachtgever) geeft aan dat ze met andere fieldmarketingbureaus in dezelfde vijver te vissen als het gaat om het rekruteren van flexibel personeel. De meeste flexmedewerkers staan ingeschreven bij meerdere fieldmarketingbureaus. (Van Hoorn, persoonlijke communicatie, 5 mei 2021). Het komt regelmatig voor dat een flexmedewerker (tijdelijk) niet beschikbaar is omdat, deze een project aanvaard heeft bij een concurrent. Met het gevolg dat de medewerkers van (de opdrachtgever) de flexmedewerker niet kunnen inzetten voor fieldmarketingwerkzaamheden (van Hoorn, persoonlijke communicatie, 5 mei 2021). De afdeling planning geeft in mei 2021 aan dat er meer projecten lopen wat betekent dat er werk beschikbaar is voor flexmedewerkers (Topal, persoonlijke communicatie, 25 mei 2021). Momenteel is de huidige arbeidsmethodiek onvoldoende gericht op het binden van flexmedewerkers. ( de opdrachtgever) wil de binding versterken zodat de flexmedewerkers een intensieve samenwerking aangaan met de organisatie.
Doelgroepen
De flexmedewerks hebben contact met de medewerkers (contactpersonen) van (de opdrachgever) . Dit zijn planners, recruiters, accountmanagers en projectmanagers. Er is sprake van indirecte interactie tussen flexmedewerkers en de contactpersonen. Communicatiemiddelen die worden ingezet om contact te onderhouden zijn; de (mobiele) telefoon, het internet en de computer.
(de opdrachtgever) geeft aan dat ze onderscheid maken tussen twee typen flexmedewerkers. Het eerste type flexmedewerkers wordt intern; ‘de oudgediende’ genoemd. De oudgediende flexmedewerker is twee jaar of langer actief als oproepkracht. Het tweede type flexmedewerker is starter of Young Professional. Dit type flexmedewerker wil naar verwachting tijdelijk als oproepkracht werken en vervolgens doorstromen naar een functie elders. Bij de doelgroep starters en Young Professionals is het doel deze optimaal te kunnen inzetten zolang ze werkzaam zijn als flexwerker. (de opdrachtever) beoogt te beschikken over betrokken en loyale flexmedewerkers. Met loyale flexmedewerkers wordt bedoeld dat ze gedurende hun loopbaan als flexmedewerker optimaal ingezet kunnen worden en er sprake is van een intensieve samenwerking.
Hoofd en deelvragen
De hoofdvraag van het onderzoekrapport luidde als volgt: ‘Hoe kan (de opdrachtgever) de binding met flexmedewerkers versterken?’. Om deze vraag te beantwoorden heeft het onderzoeksteam vijf deelvragen opgesteld. De eerste twee deelvragen zijn door middel van literatuuronderzoek beantwoord de laatste drie deelvragen door middel van praktijkonderzoek te verrichten. Door gebruik te maken van zowel literatuur als praktijkonderzoek (triangulatie) heeft dit een gunstig effect op de geldigheid (validiteit) en de betrouwbaarheid van het onderzoeksrapport. Tevens zorgt dit ervoor dat het adviesrapport meer kans van slagen heeft. Na het lezen van het adviesrapport weet (de opdrachgever) concreet wat er moet veranderen voordat de gewenste gedragsverandering kan plaatsvinden.
De vijf deelvragen van het onderzoeksrapport zijn:
1.Wat is er in de literatuur bekend over wat medewerkers aan een organisatie bindt? (Literatuuronderzoek)
2.Welk gedragsveranderingsmodel kan worden gebruikt om de binding met
flexmedewerkers te verhogen? (Literatuuronderzoek)
3. Hoe ervaren de medewerkers de binding met flexmedewerkers? (Praktijkonderzoek medewerwerkers)
4. Hoe ervaren de flexmedewerkers de binding met de medewerkers? (Praktijkonderzoek flexmedewerkers)
5. Wat hebben de flexmedewerkers nodig om zich te binden aan CPM Nederland? (Praktijkonderzoek flexmedewerkers)
Wat heb ik nodig?:
feedback examinator verwerken
De feedback die ik heb ontvangen verwerken; Ik kan later het feedbackformulier sturen en het beoordelingsformat.
Belangrijk is dat de feedback van de examinator wordt verwerkt!!!!
Het is belangrijk dat er gedragsverandering plaatsvindt. De gedragsverandering moet plaatsvinden bij de medewerkers de opdrachtgever. Dit moet duidelijk worden. Op dit moment is het te vaag volgens de examinator.
- klein beetje literatuur schrijven over wat flexmedewerkers bindt aan een organisatie (deelvraag 1) de literatuur die ik tot nu toe heb is te algemeen. Het is belangrijk dat de affectieve betrokkenheid (Allen en Meyer ,1997) goed gekoppeld wordt aan de factoren een rol spelen bij affectieve betrokkenheid (Alblas en Wijsman) en aan de behoeftepiramide van Maslow waarin staat dat elk mens dezelfde psychologische behoeftes nastreeft. Maslow, (1943,1954) . (deelvraag 1)
* De literatuur van het gedragsmodel goed onderbouwen waarom dit een geschikt model is en eventueel extra literatuur vinden over gedragsmodellen. Het is belangrijk dat duidelijk is dat er gedragsverandering moet plaatsvinden bij de medewerkers van CPM Nederland. (deelvraag 2)
Praktijkonderzoek:
logische vertaling van de resultaten aan de hand van het COM-B model.
Conclusie; bondig to the point. correcte conclusies uit de resultaten trekken.
Discussie; zie verwerking feedback
Beroepsproduct/ Adviesrapport:
Basseren op de literatuur en goed aansluiten op de doelgroep ( dus op de medewerkers die gedragsverandering moeten gaan vertonen) op dit moment is het advies met name gebasseerd op de resulaten van praktijkonderzoek.
Waar nodig spelling, zinsbouw, APA Bronnen.
Ik hoop snel een reactie te krijgen.
met vriendelijke groet,
Toegepaste Psychologie student.
Studierichting: toegepaste psychologie
Status: Open
Label: Openbaar
492 total views, 1 today
Reageer op deze opdracht
Schaf een pakket aan om op opdrachten te kunnen reageren.